wandelpaden aanwezig
fietspaden aanwezig
wandelpaden aanwezig
fietspaden aanwezig
Het Keigatbos ligt op de grens tussen Aalter en Lievegem. EĆ©n van onze natuurgebiedjes die binnen het Keigatbos liggen, een boscomplex van ongeveer 80 ha, noemen we āhet Keigatā. Het is 8 hectare groot en ligt op de grens van Ursel (Aalter) en Oostwinkel (Lievegem). Het bestaat uit een dennenbosje, een wei en akkers. Het bosje is een naaldbos met een ondergroei van lijsterbes, vlier, sporkehout en hazelaar.
Andere natuurgebieden die we intussen aankochten in het Keigatboscomplex werden hetĀ Essenbos, het Eikenbos en het Pastershuyzekensbos gedoopt.
We kunnen het grote Keigatbosgebied beschouwen als een uitloper van het Drongengoedgebied, maar het Keigatbos heeft toch een eigen karakter met schitterende dreven en grote loofbomen. Het bestaat momenteel uit een combinatie van grove dennenaanplanten met vooral bramen en pijpenstrootje in de ondergroei, aaneengesloten sparrenaanplanten en zure eikenbossen met nogal dikwijls Amerikaanse eik als dominante soort in de boomlaag.
Wanneer we voor het Keigatbos teruggaan in de geschiedenis, stoten we steeds op ingrijpen van de mens. Dit was weliswaar niet altijd even succesvol. De naam Keigat verwijst naar een bosrijke plek en heuvelkam waar veel keien en stenen te vinden zijn. We kunnen tot rust komen aan het Veldkruis, omgeven door linden. De geschiedenis ervan gaat terug tot de 13de eeuw. Het was dan ook tussen de 10de eeuw en 13de eeuw dat een eerste poging werd ondernomen om het natuurlandschap naar cultuurlandschap om te zetten.
Het was een zeer onzekere periode, met onder andere woelige godsdienstoorlogen. Het is pas rond 1750, toen vele hoeves in puin lagen, dat men terug overging van veld naar bos. In eerste instantie plantte men vooral loofbomen, met daarna de overgang naar naaldbos. Nu nog heel erg herkenbaar zijn de dreven in dambordpatroon. In een laatste fase, rond 1855, ging dankzij betere landbouwtechnieken een deel van het bosgebied terug over naar akkerland. De meest marginale gronden werden nooit omgezet naar akkerland. De omzettingen van bos tot landbouwland gebeurde met behoud van de 18de eeuwse drevenpatroon. (zie ook het artikel in ons tijdschrift Natuur en landschap Meetjesland, āHet Landschap in het Meetjesland: de veldgebiedenā, Chantal Martens, lentenummer 2010)
2 december 2010 is voor Natuurpunt Zomergem een datum om te onthouden. Op dat moment kocht Natuurpunt een eerste deel in het Keigatbos. Voor dit project wordt trouwens nauw samengewerkt en overlegd met Natuurpunt Maldegem-Knesselare, aangezien het Keigatbos ook op het grondgebied van Knesselare ligt. In 2014 werd een ander groot deel aangekocht.
Meer geschiedenis over het KeigatĀ (Sam De Decker, artikel in ‘Natuur en landschap Meetjesland’, jaargang 21 nr.2, zomer 2014)
Meer informatie over het Essenbos, nieuwe aankoop in 2014 in het Keigatbos (Marc Geens, artikel in ‘Natuur en landschap Meetjesland’, jaargang 22 nr.1, lente 2015)
Meer informatie over het Eikenbos, nieuwe aankoop in 2015 in het Keigatbos (Nikolaj Vanvyve en Marc Geens, artikel in ‘Natuur en landschap Meetjesland’, jaargang 22 nr.4, winter 2015
Over het Pastershuyzekensbos: ‘Vissen in het bos’ (Sam De Decker, artikel in ‘Natuur en landschap Meetjesland’, jaargang 26 nr.4, winter 2019)
Het Keigatbos is voor Natuurpunt Zomergem een belangrijke opdracht voor de komende jaren. Zo zal de vereniging op verschillende tijdstippen inventarisaties uitvoeren: het op naam brengen van muizen, vogels, insecten – noem maar op! Dit is noodzakelijk om het potentieel van het gebied beter te leren begrijpen. Zo kan bepaald worden waar men met het gebied naar toe wil.
In de vroege lente van 2013 werd in de weide van het natuurgebiedje Keigat een poel gegraven, op de plaats waar vroeger een drinkbron was. Ondertussen vonden salamanders, torren, schaatsrijders en waterplanten de weg naar de poel. Geregeld zie je sporen van ree, damhert en vos aan de oever.
Er werd ook een nieuwe omheining geplaatst op zowat 5 meter van de bosrand, om zo een natuurlijke overgang tussen de weide en het bos te bekomen. Voor de nieuwe afrastering kozen we voor gladde draad. Zo kunnen de reeĆ«n, die graag rusten in het bosje, zonder ‘kleerscheuren’ de wei in en gaan drinken aan de poel. Toende pacht op de weide afgelopen was, in 2017, werd ook de rest van de omheining vernieuwd.
Aan de kant van de Veldkruisstraat staan redelijk wat eiken. Ze werden opgesnoeid, zo kan de boer wat dichter bij de draad maaien en zijn de bomen meer waard in stamkwaliteit. Tussen de wei en de Veldkruisstraat ligt een redelijk brede berm met een dubbele rij populieren die kaprijp zijn. Daar zullen eiken en/of lindes in de plaats komen. Er is ook een kastanje hakhoutstoof die in drie fasen wordt beheerd. Zo blijft er altijd beschutting voor de dieren, geven we de sleedoorn een kans om te overleven onder de overstaande populieren, en zo hebben wij steeds wat duurzaam hout. De palen zullen gebruikt worden om een oude metalen vangkraal te vervangen. Richting Gentweg hebben we aan het weiland ook nog een hakhoutbosje. Daar staat vooral es en berk. De hakhoutstoven zullen om de 7 jaar gekapt worden. Zo willen we een eeuwenoude traditie in ere herstellen en de houtkant telkens opnieuw laten verjongen.
De hakhouttechniek wordt sinds de middeleeuwen toegepast als een manier om altijd over geriefhout te beschikken. Bomen werden om de zoveel jaar laag bij de grond afgehakt,Ā een soort knotboom dus maar dan tegen de grond.Ā Het hout werd gebruikt voor werktuigen en palen, als brandstof of voor een haag.Ā Het kleineĀ takhout werd tot āmutsersā of āmutsaardenā gebonden en daarmee werd de oven aangemaakt. Het andere hout ging in de kachel. Door die voortdurende verjonging van goed terugschietende soorten als eik, els, kastanje, hazelaar of wilg kunnen hakhoutstoven veel ouder worden dan opgaande bomen.
Eens het landbouwgebruik op de weide eindigt, zal het bestaande bos uitgebreid worden zodat het in verbinding staat met het andere bestaande bos ten zuiden van het bosperceel van Natuurpunt. De rest van de huidige maĆÆsakker zal omgevormd worden naar grasland en samen met de andere percelen beheerd worden via begrazing. De runderen zouden voor een geleidelijke diversiteit in de vegetatie moeten zorgen.
Afhankelijk van de evolutie van het gebied zullen we onze plannen moeten bijsturen. Want onze grootste bekommernis is dat ook de volgende generaties van het Keigat kunnen genieten en dat onze beheerinspanningen dus niet voor niets zijn geweest.
De komende jaren zullen nog verschillende beheerdagen doorgaan. Vele handen maken het werk licht: steek gerust een handje toe!
bron artikel: Nikolaj Vanvyve, ‘Natuur en landschap Meetjesland’ jaargang 18 nr.1, lente 2011; Marc Geens en Michiel Degrande, jaargang 21 nr.2, zomer 2014
Respecteer de natuur en onze algemene toegangsregels
Boek met je vereniging, school of vrienden persoonlijke begeleiding op maat, aangepast aan het tempo en de interesses van de groep.
Lees meerĀ over onze natuurgidsenwerking.
Ontdek dit natuurgebied te voet of met de fiets. Klik op de routes hieronder en ontdek de omgeving. Je kan er ook gratis gps-tracks downloaden.
Wil je nog andere natuurgebieden ontdekken? www.npmeetjesland.be/fietsenwandel
Dankzij jouw steun kan dit natuurgebied verder ontwikkeld en beschermd worden. Je krijgt een fiscaal attest vanaf een bedrag van 40 euro, waarmee je 45% van het bedrag kan terugkrijgen via je belastingen.
Wil je zelf de handen uit de mouwen steken? Natuurpunt Zomergem organiseert jaarlijks heel wat beheeractiviteiten in het gebied. Neem contact op met Ć©Ć©n van de conservators die hieronder zijn vermeld of bekijk onze groene agenda.
Natuurpunt Lievegem kern Zomergem
Marc Geens (conservator)
marc@proeftuin.eu
Michiel De Grande (conservator)
09 377 06 00
goedele.michiel@telenet.be